Geplaatst op

DCM

Dilatorische cardiomyopathie (DCM)

bij de hond

Dilatorische cardiomyopatie is een hartspieraandoening waarvan we de meeste gevallen zien bij reuzenrassen.

De ziekte kan zich al op vrij jonge leeftijd ontwikkelen,

namelijk vanaf 4 jaar.

Wat is DCM (Dilatorische CardioMyopathie)

DCM of dilatorische cardiomyopathie is een vaak voorkomende aandoening van de hartspier bij grote honden, waarbij de hartspier geleidelijk aan steeds dunner en dunner wordt.

Door dit spierverlies gaat de pompfunctie van het hart systematisch achteruit en krijgt het hart het bloed niet goed rondgepompt.

Hierdoor gaan de kamers van het hart vergroten treden zuurstoftekort, hartfalen en/of hartritmestoornissen op.  

Oorzaken van DCM

Genetische of aangeboren factoren

De exacte oorzaak is nog niet volledig uitgeklaard. De hartziekte komt vaker voor bij bepaalde rassen (Dobermann, Deense Dog, Newfoundlander, Ierse Wolfshond, …) waardoor een genetische/aangeboren factor vermoed wordt. 

Voeding

Het is ook al bewezen dat bepaalde voedseltekorten of specifieke diëten tot DCM kunnen leiden. Hierbij zijn vooral tekorten van taurine en carnitine van belang, maar ook lam&rijst- of granenvrije diëten zijn beschreven.

Boxers en Cocker Spaniels blijken vooral gevoelig te zijn aan voedselgerelateerde DCM.

Andere aandoeningen

Ook hartritmestoornissen kunnen DCM veroorzaken: bij honden die constant een supersnelle hartslag hebben (tachycardie), kan de hartspier dermate vermoeid geraken, dat er een gelijkaardig beeld kan ontstaan.

Als laatste, maar minder vaak voorkomende onderliggende oorzaak, kan een slecht werkende schildklier worden vermeld (hypothyroïdie). 

Tekenen van DCM

Op het lichamelijk onderzoek horen we soms een bijgeruis of een hartritmestoornis, maar dat is zeker niet altijd het geval. Soms is een minder sterk geslagen pols voelbaar.

Eén van de meest typische symptomen is inspanningsintolerantie. Kan je hond minder goed mee op wandeling, wil hij niet meer spelen of gaat hij vaker liggen? Doordat de pompfunctie slechter wordt, gaat er minder bloed naar de hoofdslagader die het lichaam voorziet van zuurstofrijk bloed. De hond heeft minder reserves en zal bij inspanning sneller moe zijn.

Wanneer de ziekte verder vordert, ontwikkelen zich ademhalingsklachten. In eerste instantie zal de ademhaling sneller zijn dan normaal. In een latere fase wordt de ademhaling ook moeilijker, waarbij de buikspieren worden aangesproken om de ademhaling te verbeteren en een hele diepe en drukkende ademhaling ontstaat.

Honden met DCM kunnen door zuurstoftekort ook flauwvallen. Dit is een kort en plots bewustzijnsverlies, meestal tijdens lopen, spelen of opwinding. De episode duurt meestal slechts enkele seconden, waarna de hond zich meteen terug normaal gedraagt. Een blauwe tong kan tijdens dergelijke episode (of los daarvan) opvallen. Het is een ernstig symptoom dat wijst op zuurstoftekort en vraagt nazicht.

Diagnose van DCM

Echocardiografie

Met echocardiografie meten we de dikte van de hartspier en de pompfunctie van het hart en vergelijken deze met de normaalwaarden op basis van het gewicht van de hond.

Bij DCM is de hartspier dunner en het hart groter.

Bloed Onderzoek

Op zoek naar een onderliggende oorzaak voor DCM, voeren we een bloedonderzoek uit. We gaan zo op zoek naar voedseltekorten of schildklierproblemen.

ECG

Bij vermoeden van ernstige hartritmestoornissen, kan een ElectroCardioGram uitgevoerd worden om de ernst in te schatten en de behandeling aan te passen.

Behandeling van DCM

Verbeteren van de pompfunctie

In eerste instantie starten we medicatie op om de pompfunctie van het hart te verbeteren. Zelfs als er geen symptomen werden opgemerkt, kunnen we al beginnen met medicatie.

Studies hebben aangetoond dat wanneer we op het juiste moment starten, het ontstaan van de problemen tot 9 maanden kan worden uitgesteld. Dit wil zeggen dat jaarlijkse screening van risicorassen vanaf een leeftijd van 3-4 jaar dus zeker loont!

Ritmestoornissen behandelen

Honden met DCM lopen risico om plots te overlijden. Dit zijn meestal de honden waarbij naast problemen met de pompfunctie van het hart, ook ernstige hartritmestoornissen optreden. Afhankelijk van de soort ritmestoornis, worden verschillende anti-aritmica ingezet om het risico op flauwvallen (tgv milde ritmestoornissen) en plots overlijden (tgv ernstige ritmestoornissen) zoveel mogelijk te beperken.

Vochtafdrijvers

Daarnaast kan de hond hartfalen ontwikkelen. Dit betekent dat er vocht opstapelt in of rond de longen en/of in de buik, met ademhalingsklachten, vermindering van comfort en vermageren tot gevolg. Hiervoor worden vochtafdrijvers opgestart. Daarnaast wordt vocht dat aanwezig is rondom de longen of vrij in de buik zit best aangeprikt en verwijderd om opnieuw een betere levenskwaliteit te bieden.

Opvolging en prognose van DCM

Opvolging

Eens hartmedicatie moet worden opgestart, blijft dit levenslang nodig. Met de evolutie van de ziekte kan het zelfs nodig zijn dat dosissen verhoogd worden of extra medicatie opgestart wordt.

Ook hier zijn dus regelmatige controles van belang, maar er bestaat ook een eenvoudige opvolgingstool voor thuis! Het tellen van de ademhaling in rust, geeft een goed idee over het ontstaan van vocht op de longen, is makkelijk uit te voeren en is heel gevoelig aan verandering. Eén beweging van de borstkas naar boven en naar beneden telt als één ademhaling. De frequentie per minuut wordt best geteld als de hond erg rustig is of slaapt. Een normale ademhalingsfrequentie in rust thuis ligt onder de 30 keer per minuut. Tussen de 30 en de 40 ademhalingen per minuut is een beetje een grijze zone, boven de 40 keer per minuut is te snel. Hierbij is vooral de individuele evolutie en tendens van belang. De ademhalingsfrequentie wordt dus best ergens op een blaadje genoteerd en bijgehouden. Er bestaat ook een app (HartMonitor Hond) die het tellen en het bijhouden van de ademhalingsfrequentie gemakkelijker maakt.

Prognose

De opvolging van een hond met DCM is heel belangrijk en zal bestaan uit regelmatige controles met herhalen van de echocardiografie, overlopen van de klinische klachten (en de ademhalingsfrequentie in rust thuis geteld) en bloedonderzoeken naarmate de ziekte vordert.

DCM ten gevolge van voedseltekorten of hartritmestoornissen kan omkeerbaar zijn indien de onderliggende aandoening succesvol kan worden behandeld. DCM waar geen onderliggende oorzaak bij kan worden aangeduid, is ongeneeslijk.

Eens de diagnose gesteld wordt en er sprake is van hartfalen, bedraagt de gemiddelde overlevingstijd – met medicatie – 3 tot 6 maanden.

Geplaatst op

Mitralisklep

Lekkende hartklep (MVD)

bij de hond

Mitralisklependocardiose of lekkende hartklep

komt vooral voor bij honden van kleine rassen

op middelbare tot oude leeftijd.

Gemiddeld 15% van de kleine honden op leeftijd worden getroffen door deze aandoening.

We zien het iets vaker bij mannetjes dan bij vrouwtjes.

Wat is MVD (Mitral Valve Disease)?

MVD of “mitral valve disease” is de meest voorkomende hartaandoening bij de hond. MVD tast de hartklep tussen de linkerboezem (atrium) en de linkerkamer (ventrikel) aan. Deze klep zorgt ervoor dat er een perfecte afsluiting van de verschillende kamers van het hart gegarandeerd wordt. Daardoor volgt het bloed steeds de juiste richting en wordt het integraal naar de hoofdslagader gebracht om het hele lichaam van zuurstofrijk bloed te voorzien.

Bij mitralisklependocardiose gaat de normaal flinterdunne klep verdikken en knobbelig worden. Hierdoor kan de afsluiting niet meer gegarandeerd worden. Een deel van het bloed gaat daarbij doorheen de klep terug naar de linkerboezem – in de verkeerde richting (lekkage).

Oorzaak van MVD

Mitralisklependocardiose kan omschreven worden als slijtage van de hartklep. Het is een verouderingsproces waarbij het bindweefsel geleidelijk aan knobbelig en minder elastisch wordt, met uiteindelijk functieverlies tot gevolg. 

Dit kan bij alle rassen voorkomen, maar wordt veruit het vaakst gezien bij de Cavalier King Charles Spaniel (tot 40%). Er is bij dit ras dus wel degelijk een genetische aanleg aanwezig die leidt tot een versnelde veroudering van de hartklep. Daarom wordt aangeraden fokteven preventief te testen om zo weinig mogelijke erfelijke belasting mee te geven aan de nakomelingen.

Andere vaak getroffen rassen zijn de Teckel en de Cocker Spaniel. 

Tekenen van MVD

Eén van de meest typische symptomen is inspanningsintolerantie. Doordat een significant deel van de bloedstroom terug naar de linkerboezem stroomt in plaats van naar de hoofdslagader, krijgt het lichaam minder zuurstofrijk bloed. De hond heeft minder reserves en zal bij inspanning sneller moe zijn.

Wanneer de ziekte verder vordert, ontwikkelen zich ademhalingsklachten. In eerste instantie zal de ademhaling sneller zijn dan normaal. In een latere fase wordt de ademhaling ook moeilijker, waarbij de buikspieren worden aangesproken om de ademhaling te verbeteren en een hele diepe en drukkende ademhaling ontstaat.

Bij honden met MVD wordt regelmatig hoesten opgemerkt. Een luide, droge hoest kan veroorzaakt worden door het vergroten van de linkerboezem door de terugstroom van het bloed door de defecte klep. Deze vergroting van het hart kan duwen op de hoofdbronchen binnen de longen, waardoor een soort van prikkelhoest ontstaat. Een voorzichtige, vochtige hoest waarbij soms zelfs slijm of water wordt opgehoest, kan worden gezien wanneer er zich veel vocht op de longen ophoopt.

Honden met MVD kunnen door zuurstoftekort ook flauwvallen. Dit is een kort en plots bewustzijnsverlies, meestal tijdens lopen, spelen of excitatie. De episode duurt meestal slechts enkele seconden, waarna de hond zich bijna meteen terug normaal gedraagt. Een blauwe tong kan tijdens dergelijke episode (of los daarvan) opvallen. Het is een ernstig symptoom dat wijst op zuurstoftekort en vraagt nazicht.

Diagnose van MVD

Algemeen Onderzoek

Op algemeen lichamelijk onderzoek is steeds een bijgeruis te horen.

Dit ruisje wordt veroorzaakt door een bloedstroom in de verkeerde richting en wordt luider naarmate de lekkage groter en ernstiger wordt. Het bijgeruis krijgt een score van 1 tot 6 zodat er bij controles kan worden vergeleken. Een hartruis met een score van 1 of 2 zal zelden tot problemen leiden, bij hogere scores of snelle progressie wordt extra onderzoek geadviseerd.

EchoCardioGrafie

Bij een echocardiografie wordt de hartklep in beeld gebracht om de verdikking en vervorming vast te stellen. Daarnaast wordt ook de bloedstroom tussen de linkerboezem en de linkerkamer in beeld gebracht. Hierbij wordt de grootte en de ernst van de lekkage duidelijk.

Radiografie

In sommige gevallen kan er gekozen worden om een radiografie van de borstkas te nemen. Hierbij kan een waarschijnlijkheidsdiagnose van MVD worden gesteld op basis van de grootte van het hart.

Voor het vaststellen van hartfalen of het opwerken van een hoest, heeft radiografie de voorkeur boven echocardiografie, omdat ook de longen in beeld gebracht worden. In sommige gevallen zijn Radiografie en echografie beide nodig.

Behandeling van MVD

De perfecte oplossing zou het vervangen van de hartkleppen zijn, maar daar hangt een serieus prijskaartje aan vast. De resultaten zijn veelbelovend, maar vooralsnog is dit niet mogelijk in België.

Bij een medicamenteuze behandeling van hartfalen, is het doel uw hond een zo normaal mogelijk leven te laten leiden. Gezien de ziekte niet te genezen is, is medicatie voor de rest van zijn dagen nodig. Meestal werken we met een combinatie van medicijnen op maat van ùw hond en wordt deze bijgestuurd wanneer nodig (zie opvolging).

Verbeteren van de pompfunctie

Het opstellen van de behandeling wordt ideaal afgestemd op basis van de echocardiobeelden.

Indien de hond nog geen klachten heeft, maar we wél al een vergroting van de linkerboezem zien, wordt medicatie opgestart om de pompfunctie van het hart te verbeteren.

Studies hebben aangetoond dat wanneer dit op de juiste moment wordt opgestart, het ontstaan van de symptomen tot 18 maanden kan worden uitgesteld. De moeite dus om regelmatig een echocardio te laten uitvoeren bij honden met duidelijk bijgeruis, maar zonder klachten!

Vochtafdrijvers

Wanneer er effectief sprake is van hartfalen en dus vochtopstapeling in de longen, worden vochtafdrijvers een belangrijk onderdeel van de behandeling.

Hierdoor kan uw hond wel meer gaan drinken en meer gaan plassen. Ook de nieren worden wat onder druk gezet, waardoor regelmatige controles van de nierwaarden en de elektrolieten (zouten) in het bloed aan de orde zijn.

Hoestremmers

De behandeling van een hoestje is vaak een uitdaging, gezien er verschillende mogelijke oorzaken van die hoest zijn.

Bij de droge hoest – en in de afwezigheid van vocht op de longen – kunnen hoestremmers en bronchodilatoren ingezet worden om de druk op de hoofdbronchen te doen afnemen. Dit is niet altijd efficiënt, soms valt deze hoest niet te verhelpen.

Bij de vochtige hoest dienen vochtafdrijvers opgestart te worden of moet de dosis worden aangepast. 

Opvolging en prognose van MVD

Opvolging

Eens hartmedicatie moet worden opgestart, blijft dit levenslang nodig. Met de evolutie van de ziekte kan het zelfs nodig zijn dat dosissen verhoogd worden of extra medicatie opgestart wordt.

Ook hier zijn dus regelmatige controles van belang, maar er bestaat ook een eenvoudige opvolgingstool voor thuis! Het tellen van de ademhaling in rust, geeft een goed idee over het ontstaan van vocht op de longen, is makkelijk uit te voeren en is heel gevoelig aan verandering. Eén beweging van de borstkas naar boven en naar beneden telt als één ademhaling. De frequentie per minuut wordt best geteld als de hond erg rustig is of slaapt. Een normale ademhalingsfrequentie in rust thuis ligt onder de 30 keer per minuut. Tussen de 30 en de 40 ademhalingen per minuut is een beetje een grijze zone, boven de 40 keer per minuut is te snel. Hierbij is vooral de individuele evolutie en tendens van belang. De ademhalingsfrequentie wordt dus best ergens op een blaadje genoteerd en bijgehouden. Er bestaat ook een app (HartMonitor Hond) die het tellen en het bijhouden van de ademhalingsfrequentie gemakkelijker maakt.

Prognose

Sommige honden zullen nooit last krijgen van de misvormde hartklep, bij anderen kan het snel achteruit gaan. Dit wijst nog eens op het belang van regelmatige controle: alleen al door te luisteren naar het hart, kunnen we een ruwe inschatting maken over de progressie en de noden van uw hond op dat moment (verder onderzoek, medicatie, …).

Eens er symptomen van hartfalen worden vastgesteld (vocht op de longen), bedraagt de gemiddelde overlevingstijd – met medicatie – één jaar.

Geplaatst op

Hypothyroidie

{{ brizy_dc_global_blocks position=’top’ }}

Hypothyroïdie bij de hond

Hypothyroïdie is een aandoening waarbij de schildklier te weinig hormonen produceert. Het is één van de meest voorkomende aandoeningen van het hormoonstelsel bij de hond en kan zich op verschillende manieren uiten.

Aangezien het voornamelijk voorkomt bij honden van middelbare leeftijd, worden de tekenen vaak aanzien als normale verouderingskwaaltjes.

Controleren op deze aandoening bij honden op leeftijd, is altijd nuttig omdat er een goede behandeling mogelijk is!

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-ecb052c9cba4e4c7fc4613d012149b39'}}

Tekenen van Hypothyroïdie

We zien problemen vooral bij honden van middelbare leeftijd (tussen de 3 en 9 jaar oud) en dan vooral bij de middelgrote tot grote rassen.

Sommige rassen zijn vaker aangetast dan andere; in de risicogroep bevinden zich:

  • Labrador
  • Golden Retriever
  • Rhodesian Ridgeback
  • Husky
  • Dobberman
  • Dalmatiër
  • Border Collie
  • Ierse Setter
  • Sheltie
  • Cocker Spaniel
  • Beagle
  • Teckel

De tekenen van een te traag werkende schildklier ontwikkelen zich geleidelijk aan en zijn dus vaak niet erg opvallend. Vaak lijkt het gewoon dat uw hond een dag je ouder wordt. Echter wanneer u alert bent op volgende symptomen kunnen we snel overgaan tot verder onderzoek en de ziekte tijdig diagnosticeren en behandelen

Vaak voorkomende tekenen zijn:

  • Minder actief zijn
  • Huidproblemen: droge huid, kale plekken, uitdunnen van de vacht
  • Gewichtstoename zonder vraatzucht
  • Een trieste blik
  • Opzoeken van warme plaatsen

Wanneer langdurig niet behandeld, kunnen er ook zenuwproblemen optreden: wankele gang, scheve kopstand en zelfs verlamming.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-29cda0b2509aa2733524d2b02dbc8c67'}}

Diagnose van Hypothyroïdie

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-9c35ad096198d2c810eddd3f6b7918c7'}}

Algemeen onderzoek

Tijdens een algemene controle letten we vooral op bovenstaande symptomen en op tekenen die kunnen wijzen op een andere aandoening.

Daarnaast zien we vaak een trage hartslag en vinden we geen andere oorzaak voor de huidproblemen.

Bloedonderzoek

We bepalen de hoeveelheid schildklierhormoon (T4) in het bloed van uw hond. Deze test kan in ons eigen labo gebeuren en geeft resultaat na 20 min.

Indien de hormonen te laag zijn, wordt het staal ook doorgestuurd naar een extern labo om het schildklierstimulerend hormoon (TSH) te bepalen: een te hoge waarde daarvan bevestigt de diagnose.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-5ac40432be8e5482c8692c3577fc8468'}}

Behandeling van Hypothyroïdie

De behandeling van een te traag werkende schildklier bestaat uit het supplementeren van schildklierhormonen.

Bij voorkeur wordt ’s morgens én ’s avonds een tablet toegediend. Voor kleinere honden is er ook medicatie in siroopvorm beschikbaar.

Uiteraard dient de respons op de medicatie opgevolgd te worden. Dit doen we door een bloedname 6 weken na de start van de medicatie; indien de dosis aangepast moet worden, testen we 6 weken later opnieuw. Nadien is een intensieve controle niet meer nodig, het volstaat om 1 tot 2 keer per jaar de dosering te controleren.

Na het starten van een behandeling treedt zeer snel herstel op:

  • Activiteit: meestal binnen 2 weken verbetering
  • Huid: 1 – 4 maanden (haaruitval zal aanvankelijk toenemen)
  • Gewicht: Neemt geleidelijk af met 10% binnen 3 maanden
  • Herstel: meestal binnen 3 maanden
{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-970ba4c33334701e39e9183f3dc80eac'}}

{{ brizy_dc_global_blocks position=’bottom’ }}

Geplaatst op

Slakkengif Intoxicatie

{{ brizy_dc_global_blocks position=’top’ }}

Slakkengif intoxicatie

Slakkengifintoxicatie is één van de meest dodelijke vergiftingen die een hond kan oplopen. De giftige stof in de meeste slakkengifkorrels is metaldehyde. Het zijn typisch blauwgekleurde korrels die in de tuin gestrooid worden om slakken te bestrijden. Honden komen ermee in aanraking als ze in de tuin lopen of als ze bij de verpakking komen. Het gif smaakt niet vies, waardoor sommige honden geneigd zijn om ervan te eten.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-7ee8be0fd32f41e5e9b90231e7dfe0ff'}}

Tekenen van slakkengif vergiftiging

De typische symptomen van slakkengifintoxicatie bestaan uit:

  • maagdarmklachten:

hevige aanvallen van braken en diarree

  • zenuwsymtomen:

in het begin: vaak knipperen van de ogen, samentrekkingen van de huid, overgevoeligheid op licht- en geluidprikkels en trillen van de kop

bij ernstige intoxicatie of indien de vergiftiging al langer geleden ontstond: evolutie naar gegeneraliseerde stuipen en epilepsie-aanvallen

Deze aanvallen kunnen leiden tot het verliezen van het bewustzijn, oververhitting en uiteindelijk hersenschade.

Ook de lever kan hierbij aangetast worden.

Behandeling van slakkengif intoxicatie

Het is heel belangrijk om zo snel mogelijk een dierenarts te contacteren. Hoe sneller de diagnose gesteld kan worden, hoe sneller er kan worden ingegrepen. Indien u de verpakking van het gif bewaard hebt, breng dit zeker mee naar de dierenarts: dan kunnen we snel het gif identificeren en de juiste behandeling opstarten!

De behandeling is gebaseerd op twee dingen: het verwijderen van de giftige stoffen uit het lichaam en het behandelen van de aanwezige symptomen. 

De giftige stoffen worden zo goed en zo snel mogelijk uit het lichaam verwijderd.

Als de hond nog bij bewustzijn is, wordt braken opgewekt.

Indien de hond niet meer bij bewustzijn is, kunnen deze niet laten braken omwille van het risico op verslikking. Er zal dan een maagspoeling nodig zijn.

Daarnaast wordt bij voorkeur ook een lavement uitgevoerd om de darmen te spoelen en krijgt de patiënt een stevig infuus toegediend.

Als de hond in staat is om te eten, wordt actieve kool gegeven bij de voeding om de absorptie van wat er toch nog zou overblijven in het lichaam tegen te gaan. 

De verdere behandeling is afhankelijk van de ernst en de aard van de symptomen.

Er wordt iets opgestart tegen de misselijkheid en het braken.

We gaan ons vooral concentreren op het controleren van de zenuwklachten. De spiertrillingen worden gestopt met diazepam. Indien er echte epilepsie-aanvallen ontstaan, kan het nodig zijn om extra medicatie op te starten of zelfs een kunstmatige coma in te leiden om de periode van de intoxicatie te overbruggen.

De temperatuur (en de algemene parameters) worden sowieso nauw opgevolgd en indien er tekenen van oververhitting ontstaan, dient de patiënt afgekoeld te worden om hersenschade en orgaanschade te voorkomen.

Herstel na slakkengif intoxicatie

Indien er snel ingegrepen wordt, houden de honden er meestal niets aan over.

Indien er zich al ernstige zenuwsymptomen uiten, is de prognose sterk gereserveerd.

Ongeveer één op vijf honden zou overlijden aan de gevolgen van de intoxicatie.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-a572f1c0063788462320c0ebdfe0f115'}}

{{ brizy_dc_global_blocks position=’bottom’ }}

Geplaatst op

Baarmoederontsteking

{{ brizy_dc_global_blocks position=’top’ }}

Baarmoederontsteking

Baarmoederontsteking of pyometra is een bacteriële infectie waarbij de baarmoeder zich vult met etter.

De aandoening komt vaak voor bij de niet-gesteriliseerde hond, vooral bij oudere dieren die reeds meermaals loops zijn geweest. Bij katten zien we het veel minder en dan meestal na gebruik van de pil om de krolsheid te onderdrukken.

Ontsteking van de baarmoeder is levensbedreigend en kan permanente schade aan de inwendige organen veroorzaken indien we niet tijdig ingrijpen.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-42da8d7eb9931c5b4a1a01165f8782ab'}}

Tekenen van baarmoederontsteking

De tekenen van een baarmoederontsteking zijn niet zeer typisch, vandaar het belang om deze aandoening steeds in het achterhoofd te houden bij een dier dat niet gesteriliseerd werd en zich algemeen niet lekker voelt. Bij de teef treedt baarmoederontsteking meestal 1-3 maanden na de loopsheid op, deze timing kan al een indicatie geven. Bij de kattin is er meestal sprake van een behandeling met de pil of een mislukte dekking.

We onderscheiden twee vormen van baarmoederontsteking, namelijk de open pyometra en de gesloten pyometra.

Bij de open pyometra is de baarmoederhals geopend waardoor de etter uit de vulva kan vloeien. Omdat bij deze vorm de etter weg kan en zichtbaar is voor de eigenaar, gaat deze meestal gepaard met minder ernstige symptomen. Het probleem wordt immers snel opgemerkt en een behandeling tijdig ingesteld.

Bij de gesloten pyometra hoopt de etter zich op in de baarmoeder waardoor deze erg groot wordt en mogelijk de druk niet meer aankan. De bacteriën komen dan in de buik en de bloedbaan terecht. In dit geval gaat de algemene toestand van het dier zeer snel achteruit, en kan het dier in shock gaan.

Vaak voorkomende symptomen zijn:

  • Veel drinken en veel plassen
  • Lusteloosheid
  • Koorts
  • Gebrek aan eetlust
  • Braken

Diagnostische onderzoeken

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-78d729a5df48e914ee44b00c89c0cd7c'}}

Lichamelijk onderzoek

Hierbij wordt er gekeken naar mogelijke uitvloei en koorts. Een pijnlijke, gespannen buik wordt ook meermaals opgemerkt.

Echografie

Met een echografisch onderzoek kunnen we de baarmoeder in beeld brengen. Indien deze gevuld is met een grote hoeveelheid etter, is de diagnose met zekerheid gesteld.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-c5dc4b94f3cd8315e4654063fbb10225'}}
{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-5ac40432be8e5482c8692c3577fc8468'}}

Bloedonderzoek

Een bloedonderzoek alleen geeft ons meestal geen sluitende diagnose bij baarmoederontsteking. Het is echter wel onmisbaar om de algemene toestand van uw dier te evalueren, vooral wanneer het gaat om de gesloten vorm.

Behandeling van baarmoederontsteking

Er is maar één afdoende behandeling voor pyometra en dat is sterilisatie, waarbij baarmoeder en eierstokken verwijderd worden.

Indien de algemene toestand van het dier een operatie toelaat, voeren wij deze zo snel mogelijk uit. Wanneer de hond of kat een operatie niet meteen aankan, zullen we deze eerst trachten te stabiliseren met vocht en antibiotica via een infuus.

Alle patiënten krijgen tijdens de operatie een baxter met vocht en antibiotica toegediend. Tijdens de operatie volgen wij de algemene toestand zeer nauw op.

Indien we tijdig kunnen ingrijpen, kan de patiënt dezelfde dag nog naar huis, uiteraard met de nodige antibiotica en pijnmedicatie.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-1ce1283b882eaa06cefc9b8179035172'}}

Als alternatief voor de operatie, kan er ook een behandelprotocol via medicatie opgestart worden. Dit geniet zeker niet onze voorkeur en is voorbehouden voor honden of katten die een groot belang hebben in de fok. Het is dan de bedoeling om nog éénmalig een nestje te kunnen bekomen met dit dier en het nadien te laten steriliseren. Immers het risico op het hervallen in baarmoederontsteking is ongelooflijk groot.

Preventie van baarmoederontsteking

Aangezien baarmoederontsteking alleen voorkomt bij dieren die niet gesteriliseerd zijn, is sterilisatie dé manier om problemen te voorkomen.

De foto toont eveneens aan dat sterilisatie een veel minder ingrijpende operatie is. Links de ontstoken baarmoeder, rechts een normale baarmoeder van een jonge hond.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-3f41ef0fd6d21ef62a385f1442a367f5'}}

{{ brizy_dc_global_blocks position=’bottom’ }}

Geplaatst op

Pancreatitis bij de hond

{{ brizy_dc_global_blocks position=’top’ }}

Pancreatitis bij de hond

Pancreatitis is een ander woord voor alvleesklierontsteking. Dit komt regelmatig voor bij honden en kan levensbedreigend zijn. De alvleesklier produceert zowel hormonen (zijnde insuline om de bloedsuikerspiegel op peil te honden), als enzymen. Deze enzymen worden actief in de darmen waar ze meehelpen met het verteren van voedsel. Bij alvleesklierontsteking worden deze enzymen echter al actief in de alvleesklier zelf. Dit leidt tot een hevige ontsteking, pancreatitis genaamd.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-5fc73252b3a455cb2d78ba81efa8b93a'}}

Tekenen van pancreatitis

Wanneer de klachten plots ontstaan en zeer hevig zijn, spreken we van acute pancreatitis. De ziekte kan ook een eerder slepend verloop kennen, met mildere klachten, dan gaat het om chronische pancreatitis. Honden die ooit aangeboden zijn met pancreatitis, hebben een verhoogd risico om te hervallen.

ACUTE PANCREATITIS

  • Verlies van eelust
  • Braken
  • Buikpijn
  • Sloomheid
  • Diarree
  • Koorts
  • Shock

CHRONISCHE PANCREATITIS

  • Slechte eetlust
  • Vermageren
  • (milde) Diarree
  • Af en toe braken
  • Gespannen buik
{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-9bfc3f08e942edb486db6843a235f0ab'}}

Oorzaken van pancreatitis

In 90% van de gevallen is de exacte oorzaak van pancreatitis niet te achterhalen. Wel is geweten dat een vetrijke maaltijd de pancreas zodanig kan stimuleren dat er een ontsteking ontstaat. Vooral als er al een chronisch probleem vermoed wordt, kan een overdaad aan vet een acute ontsteking uitlokken.

Een bijkomende risico factor tot het ontwikkelen van pancreatitis is overgewicht!

De overige 10% wordt veroorzaakt door tumoren, doorbloedingsstoornissen, infectie of beschadiging van de pancreas.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-de34023bb5d013345ac9c1ccfbef14f3'}}

Diagnostische onderzoeken

Bloedonderzoek

Na het lichamelijk onderzoek, voeren we algemeen bloedonderzoek uit. Er zijn immers meerdere aandoeningen die dezelfde ziektetekenen veroorzaken. De resultaten van het bloedonderzoek geven ons meestal duidelijkheid over het orgaan dat de problemen veroorzaakt.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-84306ff132cb28138f1190ebec25b174'}}
{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-a89df4c6530e6640a4a248e18905f057'}}
{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-3274a5065a4ccd5cd3247f87aa471dde'}}

SNAP-test

Deze test gebeurt eveneens op een bloedstaal en is een specifieke test voor het aantonen van pancreatitis.

De resultaten zijn na 30 minuten bekend.

Echografie

Een echografisch onderzoek kan ons helpen bij het zoeken naar een mogelijke oorzaak van de pancreatitis.

Daarnaast stelt ze ons in staat de ernst van de ontsteking en de aanwezige buikvliesontsteking vast te stellen. Immers hoe erger de ontsteking, hoe langer het herstel zal duren.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-cccb10e435822564f5d05d9d733b78b5'}}

Behandeling van pancreatitis

Een ontsteking van de alvleesklier moet door het lichaam zelf worden opgelost, er zijn dus geen medicijnen die de ontsteking van de alvleesklier remmen! Omdat de hond braakt, niet eet, diarree heeft en buikpijn heeft is het wel erg belangrijk om hiervoor medicijnen te gebruiken.

Hospitalisatie

Honden met acute pancreatitis verliezen erg veel vocht door braken en diarree. Toedienen van een infuus om dit verlies te compenseren is dus onmisbaar om uitdroging te voorkomen.

Via dit infuus dienen we eveneens medicatie toe om:

  • het braken te onderdrukken
  • de productie van maagzuur te remmen
  • de pijn te behandelen
{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-390ed79b09aa7156cdd62b0042c2530f'}}
{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-8730fcd78828227a538bbb3ba5a95289'}}

Dwangvoeren

Indien de patiënt na één of twee dagen intensieve infuustherapie nog steeds niet spontaan wil eten, starten we met dwangvoeren. De darmcellen krijgen hun voedingsstoffen immers niet via de bloedbaan, maar halen ze rechtstreeks uit de darminhoud.

In eerste instantie proberen we vloeibare voeding toe te dienen met een spuitje via de mond. Indien de hond echter te misselijk is en weigert om te slikken, gaan we over op een voedingssonde. Deze sonde wordt via de neus tot aan de maag ingebracht. De sonde kan gebruikt worden om voeding en medicatie toe te dienen, maar laat ook spontaan eten toe.

Opvolging

Wanneer de hond opnieuw spontaan eet, kan deze naar huis om verder aan te sterken.

Aangezien honden die hersteld zijn van pancreatitis een verhoogd risico lopen op nieuwe episodes van alvleesklierontsteking, is het geven van aangepaste voeding zeer belangrijk. Deze voeding dient vetarm en lichtverteerbaar te zijn; wij raden Gastro-Intestinal Low Fat van Royal Canin aan.

De pancreas is ook verantwoordelijk voor de productie van insuline, we moeten dus ook bedacht zijn op de mogelijke ontwikkeling van diabetes na een episode van pancreatitis. Indien er reden is tot ongerustheid zullen we dus sneller overgaan tot een bloedcontrole.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-904f8847288421c6d193afd84a0c7963'}}

{{ brizy_dc_global_blocks position=’bottom’ }}

Geplaatst op

Tandproblemen

{{ brizy_dc_global_blocks position=’top’ }}

Tandproblemen

bij hond en kat

Tandproblemen komen bij 1/3 van de dieren ouder dan 3 jaar voor. Vaak wordt gedacht dat het om een schoonheidsprobleem gaat, maar het betreft hier weldegelijk een gezondsheidsprobleem!

Niet alleen zijn problemen in de mond erg pijnlijk, ze kunnen ook zorgen voor ernstige problemen in de organen.

Zoals steeds is ook hier preventie zeer belangrijk.

Immers “Voorkomen is beter dan genezen!”

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-b68f870aae05da27798f5d7f71b09e67'}}

Hoe ontstaan tandproblemen?

De mondproblemen beginnen vaak met een ophoping van tandplak. Zonder ingrijpen kan tandplak hard worden en zo ontstaat tandsteen. Tandsteen kan op zijn beurt leiden tot gingivitis of tandvleesontsteking. Dit is zeer pijnlijk en veroorzaakt uiteindelijk tandverlies.

De bijkomende infecties zijn verantwoordelijk voor een slechte adem. Bovendien kunnen zich vanuit de infectie bacteriën verspreiden naar de vitale organen, zoals het hart, de lever en de nieren!

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-d47d65d51cd047c9acb76ddd01356c71'}}

Mogelijke oorzaken van tandproblemen zijn:

  • Slechte mondverzorging
  • Persisterende melktanden: de melktand komt naast de definitieve tand staan met vorming van tandsteen op het raakvlak
  • Voeding: kleverige voeding leidt tot snellere vorming van tandplak 

Wat kan u opmerken bij tandproblemen?

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-5ae2ab71a21cebe901860c2807bd7be5'}}

Vieze mondgeur

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-f7596cf50608909063c3ed767ebcc0ca'}}

Meer drinken

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-799462c8352b0962a00c476ec5acd82b'}}

Voer laten vallen

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-e30a6741e17cd61acfddf84187980b44'}}

Pijnlijke mond

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-1d453ba3d28c7b6ac37eb79ad351f06b'}}

Knarsetanden

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-68b1b27cdd16713996f17ca15b997f4f'}}

Gewichtsverlies

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-f22f69fa7ba36613fd9ec545021a45d2'}}

Bloeden uit muil

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-f34d11f14dcf4b689b91e8d76b4896bd'}}

Wrijven met kop

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-a892a063846810153ad0e3e7b18e27d5'}}

Losse tanden

Hoe behandelen we tandproblemen?

Indien er zich reeds tandsteen gevormd heeft op het gebit van uw huisdier, is die alleen te verwijderen door “ultrasoon reinigen” of detartratie.

We overlopen hieronder even stap voor stap hoe we hiervoor te werk gaan.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-b51f00dd2408a9e66e3519aa5ecb607c'}}

1. VERDOVING

Wanneer u uw hond of kat binnenbrengt, doen wij eerst een korte check-up van hart en longen, waarna hij een kalmeringsspuitje krijgt. Nadat uw dier voldoende versuft is, plaatsen we een catheter in de ader op de voorpoot en langs daar wordt de eerste dosis verdoving toegediend.

Vervolgens wordt er een tube in de luchtpijp geplaatst en ademt uw dier zuurstof en gasanesthesie in. Deze tube zorgt er ook voor dat er geen water in de longen kan lopen tijdens de detartratie.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-5660dbf4b1f3195c6a0f87efcf7ba974'}}

2.REINIGING

Met een ultrasoon apparaat genaamd “scaler” gaan we het tandsteen als het ware wegtrillen. Heel belangrijk hierbij is niet alleen de oppervlakkige reiniging maar ook de subgingivale reiniging, dus onder het tandvlees. Een ultrasone scaler vibreert op een frequentie die het celmembraan van bacteriën afbreekt. De vibratie is ook krachtig genoeg om tandsteen te verwijderen. Dit wordt gedaan onder een constante aanvoer van koud water om te voorkomen dat de tand opwarmt met beschadiging van de tandzenuw tot gevolg. 

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-fd4b94c39a0e6baa78d1a99719a7e541'}}

3. TREKKEN VAN TANDEN

Tijdens het “scalen” worden de tanden ook individueel nagekeken op eventuele afwijkingen.

In geval van gaatjes in de tand of breuk van de tand dient deze te worden getrokken. Ook bij blootliggende wortels wordt vaak overgegaan tot extractie, omdat dit zeer pijnlijk is voor het dier.

In onze praktijk beschikken wij over een professionele tandunit om al deze handelingen uit te kunnen voeren.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-5ee90b80db9fcc791e88adb63f72bdb7'}}

4. POLIJSTEN

Nadat alles proper is worden de tanden gepolijst met speciale pasta. In deze pasta zitten zeer kleine korreltjes die de minuscule oneffenheden uit de tand schuren. Dit resulteert in een gladde tand waar minder makkelijk tandplak op vasthecht. 

5. ONTWAKEN

Wanneer alle behandelingen achter de rug zijn, wordt de gasanesthesie afgezet en blijft uw hond extra zuurstof ontvangen tot hij voldoende wakker is om naar de recovery ruimte te worden gebracht. Hier wordt hij in een hospitalisatiekooi gelegd en krijgt hij extra warmte van de infraroodlamp.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-3cadf42c1ce200042c22ce3c2f339ad1'}}

Wat kan u doen om problemen te voorkomen?

  • TANDEN POETSEN
  • VOEDING
  • KAUWSTRIPS
  • MONDWATER
  • BUCCO-FRESH
TANDEN POETSEN
{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-e6bb4bffbcbe6a1d1233176d711a415c.jpg'}}

TANDEN POETSEN

De beste manier om tandplak te verwijderen en dus de vorming van tandsteen te voorkomen, is de tanden van uw huisdier poetsen. Hier geldt: jong geleerd is oud gedaan! Echter ook een hond of kat die al ouder is, kan het nog aanleren. Poets elke dag: dan vergeet u het niet!

Aangepaste tandpasta en tandenborstel zijn in onze praktijk te verkrijgen, mét handleiding om poetsen aan te leren!

VOEDING

AANGEPASTE VOEDING

Voeding kan helpen bij de preventie van tandplak: een gebit dat kauwt blijft schoner! Zo geven harde brokken minder snel problemen dan blikvoer. Wij beschikken over speciaal voer dat zeer geschikt is om tandproblemen te voorkomen. Door de grootte en de vorm van de brok kan het dier deze brok niet zonder kauwen doorslikken. Bij het bijten vegen de vezels in de brok het tandoppervlak schoon.

De brokken bevatten geen schuurmiddelen, maar voorkomen de afzetting van tandsteen door het lage calciumgehalte. 

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-451bbf0fdbae6ca2336dbe54978e0322'}}
KAUWSTRIPS
{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-644310f4cebd0c0e969ad89128767d97'}}

KAUWSTRIPS VOOR HONDEN

De kauwstrips voor honden zijn een goede aanvulling voor het tandenpoetsen. U kunt ze gebruiken op de dagen dat u niet aan poetsen toekomt of voor dieren die tandenpoetsen echt niet toelaten. 

Let wel op voor de hoeveelheid calorieën: sommige kauwstrips zijn echte dikmakers!

MONDWATER

MONDWATER

Plaqtiv+ Wateradditief is een vloeistof die door het drinkwater van de hond of kat kan gemengd worden.

Het remt de bacteriën in de mond en helpt daardoor de vorming van tandplak en tandsteen tegengaan. Daarnaast zorgt het ook voor een frissere adem.

Plaqtiv voegt u toe aan het drinkwater en dient u alle dagen te verversen.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-4ba9da6b1a68275a6ac9f9ab1ef00416.jpg'}}
BUCCO-FRESH
{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-87071d674c485214da44235188ca4199'}}
{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-ebbcc993be43531f388af8cefc40c1a3'}}

BUCCO-FRESH

Orozyme Bucco-fresh Poeder wordt gemaakt van de alg Ascophyllum nodosum en dient over de brokken gestrooid te worden. Stoffen van deze alg worden na opname uitgescheiden in het speeksel.

De eerste weken zal het de slechte geur neutraliseren. Nadien zal bijkomend ook de tandsteen zachter gemaakt worden waardoor deze gemakkelijker loskomt tijdens het kauwen.

{{ brizy_dc_global_blocks position=’bottom’ }}

Geplaatst op

Vaccinatie op maat van uw hond

{{ brizy_dc_global_blocks position=’top’ }}

Vaccinatie

op maat van uw hond

De afgelopen jaren zijn er grote veranderingen geweest

in de aanbevelingen rond de vaccinatie van onze huisdieren.

Recent publiceerde de WSAVA (World Small Animal Veterinary Association) nieuwe richtlijnen voor de vaccinatie van honden.

Doel is om een vaccinatie op maat van úw hond uit te voeren, en de hoeveelheid vaccins te beperken tot hetgeen écht noodzakelijk is.

In dit artikel lichten we kort de nieuwe richtlijnen toe.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-1433f556e7e9fd811569ed5b52e4d113'}}

Vaccinatie richtlijnen WSAVA

We kunnen de ziektes waartegen we uw hond willen beschermen opdelen in drie grote groepen, namelijk:

CORE ziektes

Dit zijn wereldwijd verspreide ziektes waartegen elke hond ter wereld beschermd moet worden. 

Tot deze groep behoren hondenziekte (Distemper), kattenziekte (Parvovirose) en besmettelijke hepatitis (Adenovirose). De vaccinaties zorgen voor een langdurige bescherming tot wel 3 jaar!

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-8735ad4638b6bd145b3aab422c46c64f'}}

Omdat een goede start bepalend is voor een langdurige bescherming tegen deze aandoeningen, werd het vaccinatie-schema voor pups aangepast. Vaccinaties dienen te gebeuren op (6), 9, 12 en 16 weken oud. Wanneer uw pup 7 maanden oud weken is, dienen we nogmaals dit vaccin toe en vanaf dit moment slechts om de 3 jaar.

NON CORE ziektes

Deze ziektes komen niet overal ter wereld voor en vaccinatie-advies verschilt naargelang de regio en naargelang het risico op contact met de ziektekiem.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-3ae7dbb1620eb17ac47f8fff5d7e724c'}}

Rattenziekte (leptospirose) komt in België (dankzij ons natte klimaat) regelmatig voor. Deze ziekte is een levensbedreigende zoönose (dwz overdraag-baar naar de mens), dus vaccinatie van uw hond is onmisbaar. De eerste enting is verdeeld over 2 injecties met 3-4 weken tussentijd. Bij pups kan dit vanaf 9 weken, jaarlijkse herhaling is nodig.

Kennelhoest (combinatie Para-influenza en Bordetella) is eveneens non-core, vaccinatie is afhankelijk van de risico’s op contact met de ziekte. Gaat uw hond op pension, naar de hondenschool of naar wedstrijden? Speelt uw hond met anderen honden op de hondenweide? Een éénmalige neusvaccinatie beschermt een jaar lang, pups kunnen vanaf de leeftijd van 9 weken ingeënt worden.

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-79a8b5ebceb6519543800746e045a2b8'}}

Rabies

{{placeholder content='e3sgYnJpenlfZGNfaW1hZ2VfYWx0IH19' imageSrc='wp-3b456dad7144a861fef975d96b3fb584'}}

De vaccinatie tegen hondsdolheid (Rabies) is wettelijk geregeld. Vaccinatie is verplicht voor honden die meereizen naar het buitenland.

De eerste vaccinatie kan toegediend worden vanaf 12 weken oud, bescherming start pas 3 weken later. Met pups van minder dan 15 weken de grens overgaan is dus niet legaal. De WSAVA raadt aan te herhalen één jaar na de eerste enting; nadien is om de 3 jaar voldoende

Heeft u vragen over deze richtlijnen?

Contacteer ons gerust, wij geven met plezier de nodige verduidelijking! 

Indien u niet zeker bent over de vaccinatie-status van uw hond,

maak even een afspraak voor een gezondheidscontrole en vergeet uw boekje niet.

Wij kijken meteen de vaccinaties na en maken deze in orde waar nodig

{{ brizy_dc_global_blocks position=’bottom’ }}